Tussen twee wereldoorlogen. De Belgische tegel van art nouveau naar art deco en modernisme
De wederopbouw
In de Eerste Wereldoorlog was de Belgische tegelindustrie zowel door vernielingen en opeisingen door de Duitse bezetter als door gebrek aan bestellingen grotendeels stilgevallen. Vanaf eind 1918 werden de nog beschikbare machines in de diverse tegelfabrieken zo snel als mogelijk opnieuw in gang gezet. De wederopbouwcampagne in de ‘verwoeste gewesten’ vergde namelijk enorme hoeveelheden bouwmaterialen in een korte tijdspanne.
De tegelproducenten namen aanvankelijk dan ook nauwelijks de tijd om het aanbod aan vloer- en wandtegeldecors grondig te vernieuwen. Men greep gemakshalve terug naar de beschikbare modellen, zowel deze in historiserende stijlen als deze in de art nouveaustijl. Elk nieuw model vergde immers specifieke ontwerpen, kartons en poncifs, mallen, sjablonen en dergelijke, en de tijd om die te ontwikkelen ontbrak. Zo adverteerde Boch Frères uit La Louvière in de jaren 1920 nog geregeld met romantisch-historiserende wandtegelpanelen, terwijl de Usines de la Dyle in Wijgmaal bij Leuven nog in 1926 uitpakte met een bijzonder karakteristiek art nouveau-ontwerp. Het feit dat de wederopbouwarchitectuur doorgaans weinig vernieuwend was, versterkte ongetwijfeld deze behoudsgezinde tendens.
Voorzichtige vernieuwing
Nieuwe stijlopvattingen - met name de art deco, het modernisme, de nieuwe zakelijkheid -, gekoppeld aan externe factoren als stijgende arbeidslonen en vooral de financiële crisis in de jaren 1930, brachten uiteindelijk een grondige verandering.
Vanaf circa 1925 werd het aanbod aan moderne decors aanzienlijk vergroot. Tegelijkertijd werden steeds minder gedecoreerde vloer- en wandtegels toegepast. De ontwerpers zochten het beoogde artistieke effect op een veel grotere schaal, in de opbouw en de veelkleurigheid van de tegelensembles of het bouwaardewerk. Zeker in de jaren 1930 werden vloeren of lambriseringen vaak uitgevoerd in de vorm van een mozaïek van effen tegels, meestal in het formaat 10x10 of 13x13 cm en vaak in heldere, primaire kleuren. Ook gebruikte men zeer frequent gevlamde tegels en tegels voorzien van zogenaamde kunstglazuren - waarbij door middel van een speciale chemische samenstelling fraaie effecten werden gecreëerd - zoals loopglazuren, gekristalliseerde glazuren of glazuren met een metaalglans. Heel wat tegelfabrieken zorgden hierbij zo nodig zelf, op vraag van de klant, voor speciale ontwerptekeningen op maat.
Spraakmakend waren in 1938 de zogenaamde ‘Villas en Céramique’ Jaqueline en Yvette in Knokke-Duinbergen. Deze dubbelvilla werd door de plaatselijke architect Florimond Vervalcke in 1937 voor de industrieel Raoul Amand uit Baudour in een ingehouden moderne stijl gebouwd. Amand - zelf in de keramieksector bedrijvig -maakte een gedurfde en zeer persoonlijke keuze voor de binnenafwerking. Nagenoeg het hele interieur - vloeren, wanden, trappen, plinten, venstertabletten, deuromlijstingen e.d. - werd voorzien van tegels en bouwkeramiek vervaardigd door de net als Amand in Baudour gevestigde Cérabel-fabriek. De dubbelvilla werd - duidelijk tegen de verwachting in - zowel bewoonbaar, comfortabel als charmant bevonden. Nergens deed het koud aan, integendeel het geheel werd geprezen omwille van het helder en vrolijk uitzicht. De belangrijkste voordelen voor een haast volledig in keramiek uitgewerkt interieur zag men in het grote onderhoudsgemak en de duurzaamheid.
Bij dit alles bleven de gedecoreerde vloer- en wandtegels en de vrij grootschalige tegeltableaus op de markt. Wel kregen ze een veel kleiner aandeel in de totale productie. De ons bekende wandpanelen werden bovendien meestal uitgevoerd naar kartons van vaak niet onbelangrijke en eerder kubistisch, constructivistisch of expressionistisch gerichte schilders. Mooie voorbeelden daarvan vinden we terug in de prachtige collectie van het Gilliot- en Roelantstegelmuseum in Hemiksem waar vandaag een belangrijk deel van de voormalige toonzaalcollectie van het bedrijf is ondergebracht. Zij zijn grotendeels het werk van Joseph Roelants (1881-1962), de belangrijkste naoorlogse ontwerper bij de Gilliotfabriek.
Het gebruik van bouwkeramiek
In de architectuur van het interbellum raakt ook het zogenaamde bouwaardewerk - waarbij de nadruk op de sculpturale mogelijkheden van het materiaal ligt - wat meer in gebruik dan vóór 1914. Dit gebeurde wellicht mede onder invloed van ontwikkelingen in de buurlanden.
Het Maison Helman, gevestigd in Sint-Agatha-Berchem bij Brussel en tijdens de art nouveauperiode zowat de belangrijkste Belgische producent van hoogstaande wandtegeldecors en -panelen, kreeg in deze periode stilaan bekendheid als leverancier van integrale gevelbekledingen voor modernistische betonconstructies, onder andere voor het Casino in Blankenberge (1932-1934).
Veel kleinschaliger was de productie van Grès Guérin Bouffioulx. Gespecialiseerd in sieraardewerk leverde de befaamde kunstkeramist Roger Guérin (1896-1954) vanaf de jaren 1920 ook tegels voor schouwen en gevelbekledingen.
Op de wereldtentoonstellingen
Deze evoluties zijn aan de hand van diverse spraakmakende realisaties op de wereldtentoonstellingen tijdens het interbellum vrij gedetailleerd te volgen.
Vooral de Algemeene wereldtentoonstelling in Brussel in 1935 was op het gebied van keramische vloer- en wandbetegelingen duidelijk toonaangevend. Gilliot Hemiksem maakte hier indruk met een somptueus en volledig met tegels bekleed eigen paviljoen naar ontwerp van Joseph Roelants. Dit kleine paleis vormde een harmonieuze synthese van klassieke stijl en discrete art deco en toonde heel wat nieuwe toepassingsmogelijkheden voor het keramisch materiaal. Het werd dan ook door diverse binnen- en buitenlandse decorateurs en architecten geprezen als één van de meest geslaagde realisaties van de tentoonstelling.
Het gezamenlijke paviljoen van Helman en de vloertegelfabriek S.A. La Céramique Nationale uit Welkenraedt werd eveneens gerekend tot de opmerkelijke inzendingen, vooral omwille van de ‘Chapelle en céramique dédiée à la Vierge’. Alle decoratieve elementen waren er van de hand van de expressionistische schilder Anto Carte (1886-1954) die geregeld opdrachten uitvoerde voor de religieuze kunstvereniging La Croix Latine.
Kerk en keramiek
De aanwezigheid van religieuze tegelrealisaties op prestigieuze evenementen als de wereldtentoonstellingen droeg duidelijk bij tot de creatie van een nieuwe markt.
Heel wat interbellumkerken - gaande van de Onze Lieve Vrouwkerk in Zonnebeke (Huib Hoste, 1921-1924), over Sint-Augustinus in Vorst (L. Guianotte & A. Watteyne, 1932), naar de zogenaamde mijnkathedralen in Limburg waaronder Sint-Albert in Zwartberg (Henri Lacoste, ca. 1938) - zijn voorzien van keramische tegelvloeren. Soms zijn ze vrij sober van uitwerking, in enkele gevallen zijn ze heel kleurrijk.
Het gebruik van okerkleurig geglazuurde terracotta als constructief bekistingsmateriaal voor kolommen, pijlers en bogen is meer dan bekend vanuit de H.H. Basiliek van Koekelberg naar ontwerp van A. Van huffel (1877-1935) die dit van oorsprong Engels materiaal tijdens zijn praktijkjaren in Gent leerde waarderen.
Vernieuwing onder druk van concurrerende materialen
Vanaf het eind van de jaren 1920 kwam de vloer- en wandtegel sterk in concurrentie te staan met andere, veel gemakkelijker aan te brengen en vaak ook nog veel goedkopere materialen. In België denken we daarbij onder meer aan de bekende Eternit-platen, aan het zogenaamde Marbrite en Marmorite of het ook nu nog veelgebruikte linoleum, naast producten als Balatum, karton of zelfs geëmailleerde staalplaat.
Naarmate de economische crisis sterker werd en de concurrentie groeide, pasten de Belgische keramische vloer- en wandtegelproducenten dan ook noodgedwongen hun commerciële strategieën aan. Men zocht intensief naar manieren om goedkoper te produceren en investeerde in nieuwe tunnelovens - die de kost voor het bakken van de tegels naar beneden haalden. Daarnaast werd ook druk gebruik gemaakt van nieuwe en goedkopere decoratietechnieken. Een goede illustratie van deze ontwikkeling is terug te vinden in de handelscatalogi van die tijd. Een aanzienlijk deel van de daarin afgebeelde modellen bestaat uit tegelmodellen uitgevoerd in een techniek waarbij handwerk tot een minimum beperkt is. Naast reliëftegels gaat het daarbij om tegels waarbij door gebruik te maken van druktechnieken, sjablonen, of glazuurspuiten het decor op een snelle manier kon worden aangebracht.
Tenslotte probeerde men het vertrouwen in de keramische vloer- en wandtegel bij het grote publiek te behouden door in reclamecampagnes de onovertroffen basiskwaliteit van het product - duurzaamheid - in de verf te zetten. Het is een eigenschap die ook een hedendaags publiek nog steeds overtuigt om te kiezen voor keramische betegelingen.
De hierboven geschetste evolutie zal in de komende tentoonstelling ruim geïllustreerd worden aan de hand van nagenoeg 300 tegels en diverse nog nooit getoonde tegelpanelen uit de Pozzo-collectie van de Koning Boudewijnstichting en de reserves van het Gilliot- en Roelants Tegelmuseum, aangevuld met unieke foto’s en documenten uit het Gilliotarchief en het archief van de begaafde oud-medewerker Karel Hadermann die samen met diverse topstukken uit de vaste collectie deze ongemeen boeiende periode uit de Belgische designgeschiedenis tot leven brengen.
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief
- ‘Slimmer. Sneller. Beter. En evenveel vierkante meter!’ Wie een nieuw product introduceert met die beloftes, moet sterk in zijn schoenen…
De trends en toekomst van waterjet technologie
Het toepassen van de ‘waterstraalsnijtechnologie’ met behulp van waterjets is vandaag het middel bij uitstek om plaatmateriaal nauwkeurig…De mogelijkheden en toepassingen van waterjets: ingewikkelde vormen en fijne contouren
Waterstraalsnijden van steen is een fascinerende technologie waarmee zelfs de hardste steensoorten nauwkeurig en verfijnd kunnen worden…Waterjets combineren veelzijdigheid met de hoogste nauwkeurigheid
Inzicht in de technologie van een waterjet-machine is cruciaal voor bedrijven die de nauwkeurigheid en productiviteit van hun…
- 17/12/2024 - 15:53 Plaatsing
17/12/2024 - 15:53Bouwen voor generaties met Schlüter-Systems
- 17/12/2024 - 14:08 Plaatsing
17/12/2024 - 14:08De finishing touch van tegels zetten
- 17/12/2024 - 13:56 Plaatsing
17/12/2024 - 13:56Mapei en duurzaamheid: morgen begint vandaag