De toekomstige uitdagingen voor de tegelzetter
Zijn tegels inclusief, veilig en duurzaam?
Tegels zijn ‘inclusief’ voor zover ze lokaal gekocht worden en beschikbaar zijn tegen voordelige prijzen. De grondstoffen zijn natuurlijk en niet-strategisch, omdat ze praktisch overal te vinden zijn. Tegels zijn ‘veilig’ omdat ze brandwerend zijn en meestal vrij zijn van VOC's, formaldehyde of andere kritieke stoffen. Hoewel de productie behoorlijk energie-intensief kan zijn, veroorzaken tegels amper afval tijdens de productie. Ook kunnen bijna alle grondstoffen, glazuren en water gerecycled worden. Meer zelfs: tegenwoordig worden tegels gemaakt van gerecycled materiaal of afvalmateriaal.
Zijn tegels dan wel ‘veerkrachtig’ zoals de VN dat bedoelt? Tegels zijn inderdaad meestal zeer duurzaam. Dat bewijzen de mozaïeken uit het het Romeinse Rijk en de talloze betegelde gevels die eeuwen oud zijn. Nochtans zien we ook betegelde oppervlakken die na een paar jaar of maanden barsten en er steeds slechter uitzien.
De hoofdoorzaak van dit fenomeen moeten we evenwel niet bij de tegels zoeken. Wel bij de tegellijm en de plaatsingsmethode. In moderne wand- of vloersystemen krijgt de tegellijm af te rekenen met een compleet nieuwe reeks uitdagingen. Als we beter beter, duurzamer en efficiënter willen bouwen, liggen hier de uitdagingen.
Eerste uitdaging: de opmars van porseleinen tegels
De tegelmarkt kenmerkt zich door snel veranderende trends in kleuren, maten en materialen. Aan de materiaalkant is er een opmerkelijke trend: de overstap van keramische naar porseleinen tegels. Experts verwachten dat hun aandeel verder zal groeien omdat ze een hogere functionaliteit bieden.
Vergeleken met traditionele keramische tegels zijn porseleinen tegels sterker, dichter en ondoordringbaarder. Ze zijn slijtvaster, duurzamer en hebben een breder toepassingsspectrum. Porseleinen tegels kunnen praktisch overal gebruikt worden, ook buiten in zeer koude gebieden omdat ze minder tot bijna geen water opnemen, waardoor het risico op scheuren bij temperaturen onder vriespunt miniem is. Klassieke keramische tegels daarentegen zijn poreus en hebben een waterabsorptie van meer dan 6%. Porseleinen tegels hebben een veel lagere porositeit en een waterabsorptie van minder dan 0,8%.
Mooi dus, maar dat is wel een uitdaging is voor de traditionele tegellijmen die voornamelijk uit cement, zand en water bestaan en voor een mechanische hechting zorgen. Hier grijpen de cementkristallen in elkaar met de poriën van de tegel en de ondergrond. Op een niet-poreus oppervlak kunnen deze lijmen geen binding vormen. Voor porseleinen tegels zijn moderne polymeergemodificeerde lijmen de oplossing. Ze bevatten extra polymeerbindmiddelen die lijmachtige bruggen vormen in de uitgeharde mortel. Deze bruggen zorgen voor een sterke hechting tussen het tegeloppervlak en de lijm, en dat onder alle klimatologische omstandigheden. Naast hechtingskracht geeft het polymeer de lijm nog een extra kracht mee: flexibiliteit. Een polymeer-gemodificeerde tegellijm werkt als een flexibele verbinding tussen de tegel en de ondergrond en absorbeert botsenergie en laterale krachten. Laterale krachten ontstaan door de relatieve beweging van verschillende lagen in een wand- of vloersysteem. Ze zijn onvermijdelijk als bijv. de ondergrond, de lijm en de tegels verschillende thermische uitzettingscoëfficiënten hebben.
Tweede uitdaging: grote formaten en XXL tegels blijven aan populariteit winnen
Een andere trend die de tegeltechnieken de laatste jaren verandert, is de voorkeur voor steeds grotere tegels. In Noord- en Zuid-Amerika en Europa is 40% van de geïnstalleerde tegels groter dan 30 x 30 cm. In China en India zijn tegels van minstens 60 x 60 cm zelfs de nieuwe norm geworden. Grotere tegels vereisen ervaren tegelzetters en hightech lijmen. Een hoge initiële hechtsterkte is bijvoorbeeld essentieel voor de installatie. Voor duurzaamheid zijn een uitstekende kleefkracht en hoge flexibiliteit essentieel.
Voor tegels groter dan 30 x 30 cm is een C2 tegellijm nodig. Voor tegels groter dan 60 x 60 cm, raden verwerkers een C2S2 tegellijm aan. C2 en S2 verwijzen naar de Europese norm EN 12004. Een C2S2 tegellijm moet een kleefkracht hebben van ten minste 1 N/mm2 in verschillende condities, bijv. standaardomstandigheden, onderdompeling in water, blootstelling aan hitte en vries-dooiomstandigheden. De lijm moet flexibel genoeg zijn om een vervorming van meer dan 5 mm te weerstaan zonder verlies van hechting of barsten.
Derde uitdaging: de ondergrond blijft de belangrijkste basis
Voor grote tegels is een vlakke ondergrond van vitaal belang. Anders kunnen er holtes ontstaan waardoor de tegel onder druk barst. Maar dat is nog niet alles. Tegels worden tegenwoordig veel meer toegepast dan alleen in badkamers en keukens. Ze horen ook op wanden, gevels, terrassen, openbare ruimtes of zwembaden.
Enkele voorbeelden:
- Wanneer tegellijmen op droge muren worden geïnstalleerd, is een primer nodig voordat de tegels worden gelegd. Een flexibele tegellijm is het best bestand tegen bewegingen van de droge muur, samen met een hydrofobe voegmortel.
- Vloerverwarming is bijzonder veeleisend. Hier is een zeer flexibele tegellijm nodig om spanningen te compenseren die het gevolg zijn van verschillende warmte-uitzettingscoëfficiënten van de verschillende lagen.
- Wanneer tegels op houten ondervloeren of “oude” houten vloeren worden geplaatst, moet de tegellijm extreem flexibel zijn met een zeer hoge hechtsterkte.
- Oppervlakken met golvingen en onregelmatigheden vergroten de kans op mislukte betegeling en een imperfect oppervlak. In dit geval kan het gebruik van een zelfnivellerende dekvloer voordelig zijn, omdat het de tegelzetter een glad en gelijkmatig en gelijkmatig oppervlak biedt om de tegels op te leggen.
- Bij renovatieprocessen kan het gemakkelijker en voordeliger zijn om gewoon tegels over tegels te leggen. Dit is mogelijk wanneer er voor polymeergemodificeerde lijmen worden gekozen.
Polymeer-gemodificeerde tegellijmen leiden tot nieuwe, duurzame tegeltechniek
Door een betere hechting en flexibiliteit maken polymeergemodificeerde lijmen de weg vrij voor duurzame tegeloplossingen in een groot toepassingsgebied. Maar dat is niet de enige reden om op deze lijmen over te stappen. Polymeergemodificeerde tegellijmen leiden ook tot een nieuwe tegeltechniek. Terwijl traditionele, ongemodificeerde tegellijmen worden aangebracht met de zogenaamde ‘dikbed-techniek’, worden polymeergemodificeerde tegellijmen met een dunbed-techniek aangebracht.
Op geëgaliseerde oppervlakken heeft de dunbedtechniek aanzienlijk minder tegellijm nodig en dat bespaart ook tijd voor de plaatser. Testen bewijzen dat de dunbed-methode 90% zand en cement en 75% arbeidstijd bespaart.
De omschakeling van dikbed- naar dunbed technologie verbetert de koolstofvoetafdruk van het hele systeem. Voor het bouwen is minder mortel nodig, wat minder transport en minder grondstoffen, vooral zand, betekent. Komt het tot sloop dan produceert dunbed minder afval (puin). Het resultaat is dat een dunbed tegellijm tot 60% minder broeikasgasemissies van uitstoot dan een dikbed tegellijm.
Wat met de kostprijs?
Polymeermodificatie maakt de formuleringskosten van een tegellijm hoger, maar volgens alle fabrikanten is het prijsverschil niet relevant als we kijken naar de totale installatiekosten voor porseleinen tegels. Een hoogwaardige lijm verkiezen boven een standaard oplossing zal geen grote invloed hebben op de totale prijs. Tegelijkertijd verhoogt de lijm de kwaliteit en duurzaamheid, terwijl het materiaalverbruik, CO2-uitstoot en arbeidskosten dalen. Een hogere duurzaamheid betekent ook langere cycli, waardoor er veel minder snel (of niet) gerenoveerd moet worden en ook dat scheelt een slok op de borrel.