20 Jaar Polycaro: “Ik ben niet met een baksteen, maar met een tegel in mijn maag geboren”
Op zijn vijftiende stuurde zijn vader hem moederziel alleen naar de Italiaanse keramiekfabrieken om er te gaan bijklussen. De jonge Peter Goegebeur sprak geen woord Italiaans, maar de onverhoedse duik in de wereld van keramische tegels en natuursteen zou hem blijvend vormen. De kiem voor tegels was geplant. Hoewel hij later een opleiding in de rechten volgde (“ze plaveiden toen de straat met advocaten!”), zou hij het familiebedrijf overnemen (“zoiets kan je niet laten vallen”), vanwaar hij uitgroeide tot een baken van sectorkennis (“al zeg ik het zelf, ik schud nog steeds interessant nieuws voor de tegelwereld uit mijn mouw”). Peter kan je als ‘pietra’ vertalen in het Italiaans: steen of rots. En rotsvast is zijn kennis als hijzelve, inclusief de soms onwrikbare stijl waarmee hij zijn standpunten verdedigt.
De eminence grise van het Belgische tegelwereldje levert al sinds het prille begin de technische artikels in dit blad, de pageturners voor onze professionele lezers die er hun vakkenis mee bijspijkeren ter lering en vermaak. De naam van Polycaro stond vroeger zelfs op Peters bestelwagen geblokletterd waarmee hij van werf naar klant reed. Geen gladde reclame, maar een uiting van doorvoeld respect en een devote toewijding voor het blad. Nee, zoals Peter, maken ze ze wellicht niet meer. Ook niet in de verre keramiekfabrieken rond de regio Bologna.
Je bent er al bij vanaf het prille begin. Herinner je je nog hoe je aan boord kwam?
Peter: "Zeker. Toenmalige hoofdredacteur Alex Bouckaert, ging af op een tip van Polycaro-stichter Erwin Ooghe. Over een “interessante tiep” die hij op een beurs had ontmoet, die een importbedrijf in Zedelgem runde en bij het toenmalige ‘Vormingsinstituut’ (nu Syntra) het beroep tegelzetten doceerde. Alex stapte op ’n gegeven moment mijn toonzaal binnen, vraagt of ik even tijd en begint mij met een casseterecordertje te interviewen. Daarop vroeg hij of ik zelf wat bijdragen kon aanleveren over de tegelbranche en techniciteit rond het plaatsen van tegels. Zo geschiedde. Al moest Alex in het begin wel mijn West-Vlaamse accenten uit mijn teksten filteren. Vandaag ben ik fier nog altijd deel te kunnen uitmaken van het Polycaro-team als technisch hoofdredacteur. Hoe kan ik de tegelzetter na al die tijd blijven boeien? Ik blijf dat een leuke uitdaging vinden."
Je staat bekend als het technische brein en de expert van het blad, maar heb je er ook zelf een loopbaan als tegelzetter opzitten?
Peter: "Absoluut! Mijn tegelzettersbedrijf telde op zijn hoogtepunt maar liefst 42 zetters en ging zelfs internationale projecten aan. Het waren andere tijden. We werkten toen nog zeven op zeven, ik had zelfs personeel dat op zondag mijn showroom runde, vandaag is dat ondenkbaar. Op den duur werd het ook voor mij wat veel - de leeftijd, de fysieke beproeving... - en ben ik overgestapt op expertise, naast mijn inzet voor verschillende koepelorganisaties. Ik ben gewoon met een tegel in plaats van een baksteen in m’n maag geboren. Ik kreeg het mee van mijn vader die als importeur pionierde met Italiaanse en Spaanse - toen nog geglazuurde - keramiektegeltjes. Tijdens de schoolvakantie stuurde mijn vader me naar de keramiekfabrieken van Sassuolo en Rubiera om er een spaarcentje te gaan verdienen. Ik zie nog altijd de tranen in de ogen van mijn moeder als ik op het vliegtuig stapte! Eerst dacht ik dat mijn ouders van me af wilden, maar later besefte ik dat dit voor mijn vader het ideale vormtraject was om van mij de overnemer te maken. Tijdens die vakantiejobs deed ik gewoon alles, van verpakken tot de biscuit. Het plantte de kiem voor mijn tegelpassie, alsook die voor natuursteen trouwens."
Wat is de meest ingrijpende technische evolutie die je in die twintig jaar hebt meegemaakt in de tegelsector?
Peter: "Keramische tegels zijn geëvolueerd van manueel getrokken en geperste poreuze tegels naar ultracompacte onder hoge druk gewalste grootformaattegels tot 30 mm dikte! Die eerste soort was bicomponent, nu is het mono waarvan de productie door een computernetwerk en vanuit kantoorruimtes wordt gestuurd. In de productiehallen zie je alleen nog enkele ingenieurs rondlopen die controles en herstellingen uitvoeren. Daarnaast is er de komst van de “groene” productiemethodes met beperkte CO2-uitstoot, recyclagewinning en eigen waterzuiveringscentrales. Zaken waar vroeger helemaal geen aandacht aan besteed werd."
Hoe zit het met de stiel zelf? Ik kan me inbeelden dat de tegelzetter en het vak twintig jaar geleden helemaal anders werden gepercipieerd dan vandaag.
Peter: "Wie vandaag niet mee is, is gezien! En dat besef is er niet altijd. Enkel natuursteentegels worden vandaag nog traditioneel geplaatst. De rest is verlijmingstechniek! In de tijd van mijn vader werden granito- en ook wandtegels in een mortelbed geplaatst. Van uitzettings- of verdeelvoegen was er helemaal geen sprake! De stiel zelf is een knelpuntberoep geworden. Het probleem? Naast schaarse vakkennis ongetwijfeld de lage instroom van onze eigen jongeren, waardoor de stiel hoe langer hoe meer door buitenlanders word uitgevoerd. Het is nochtans een mooie stiel, een afwerkingsberoep waarbij je werk altijd zichtbaar is…"
Je bent zelf een groot voorstander van voortdurende bijscholing en vanuit die hoek heb je ook de BITA-school opgericht. Waar kwam dat idee vandaan en hoe staat de academie er vandaag voor?
Peter: "Exact zeven jaar geleden wilde ik mijn voorzitterschap bij Fecamo afsluiten met de oprichting van een opleidingscentrum voor tegelzetters. Dit werd echter door sommige bestuursleden met paardenkleppen op verworpen. In die tijd waren dunne keramische grootformaattegels in opkomst in België. Als een van de eerste tegelzetters die deze plaatste, had ik weinig specifieke gereedschappen en moest ik improviseren met hulp van vrienden zoals John Standaert van Mapei die zijn gereedschap uitleende. Fecamo bood weerstand. Toch besloot ik mijn kennis te delen en richtte, samen met mijn vriend Bert Uittenhove van Rubi, BITA op. Er kwam navolging in verschillende landen, met onder andere tegelzettersscholen in Nederland, Tjechië, Italië, Spanje, Ierland en interesse vanuit Schotland. Ondertussen zijn we uitgegroeid tot de European Innovative Tile Academy (EITA)."
Je zet je technisch kennis ook in voor betwistingen wanneer er problemen opduiken. Wat is de meest voorkomende fout?
Peter: "Als je de tegelzetter bedoelt, sowieso onwetendheid, eigenzinnigheid of in vele gevallen gebrek aan bijscholing of ervaring! Als je de cases bekijkt, catalogeer ik de meest voorkomende problemen bij vloerverwarming, superdunne grootformaattegels en terrasrealisaties. Ik kan van elk onderwerp een boek schrijven als je wil!"
Wat is dan de nummer-ééntip die je aan een tegelzetter zou meegeven?
Peter: "Investeer in kennis en het correcte gebruik van de juiste gereedschappen en producten op de juiste plaats, het juiste moment en de juiste ondergrond!"
Welke verandering zou de tegelstiel een pak vooruithelpen?
Peter: "De collega’s zouden hun kennis meer moeten delen zonder jaloezie of eigenzinige betweterij!"
Overtuig me, waarom zou ik vandaag nog tegelzetter worden?
Peter: "Eens je kennis hebt meegemaakt met een échte vloerlegger-tegelzetter, krijg je het gevoel dat het een kunst is. Je legt een vloer, neemt een stapje terug en voelt een trots over je neerdalen. Jongeren moeten daarom de kans krijgen om hiervan te proeven op een werf. Dat is van kapitaal belang."
Hoe ziet de tegel van de toekomst eruit? Nog groter dan XXL, een nieuwe innovatieve samenstelling misschien...
Peter: "Er bestaan al grotere tegels dan de ‘traditionele’ XXL’s: de ultra-SL’s! Dan spreken we over tegels van vijf meter lang. Vraag is: hoe manipuleer je zulke giganten nog op de werf? Sowieso kan je deze grote formaten niet meer wegcijferen in de architecturale wereld, maar ik twijfel eraan of ze zullen overheersen. Ze zijn bestemd voor het chiquere gamma of kopers die hiervoor speciaal een groter budget uittrekken. Weet dat ook de plaatsing ervan een financiële impact heeft: XXL-specialisten zijn als mozaïekpuzzelaars, hun prijzen zijn navenant!"
Hoe sta je tegenover de invloed en het belang van overkoepelende organisaties zoals Buildwise?
Peter: "Dat is onze nationale luxe! Ik was zelf gedurende ettelijke jaren voorzitter van het Buildwise Technisch Comité Harde Vloer- en Muurbekleding, waar ik met heel toffe collega’s en ingenieurs van het toenmalige WTCB kon samenwerken. Niet elk land heeft een dergelijke organsiatie waar je als vakman terechtkan bij een vraag of een probleem. Zijn ze heilig en onfeilbaar? Nee, zeker niet, maar ze zijn wel de algemene richtlijn en vormen de opinie van een groep van professionelen die je nergens anders terugvindt!"
Nog een laatste voor onderweg: Polycaro over twintig jaar, hoe ziet dat eruit?
Peter: "Misschien is er tegen dan geen papier meer. Digitalisering en BIM (Building Information Modelling, red.) zullen zeker hun vaste plaats innemen. Polycaro zal naar mijn mening geen boekje meer zijn, maar pure digitale informatie waar direct geanticipeerd zal kunnen worden via databanken en internetplatforms. En wie weet zal men bij deze Electro-Polycaro alle antwoorden op de vraag van de toekomstige tegelzetter vinden?"
Lees ook
16/11/2023 - 16:0720 Jaar Polycaro: de naakte waarheid over vroeger
17/11/2023 - 16:4620 jaar Polycaro: de founding fathers blikken terug
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief