Holle klanken onder tegels zijn zelden goed nieuws
Overdracht of contactoppervlak
Het WTCB heeft bijvoorbeeld in de TV nummer 237 (2009) een alinea voorzien dat holle klanken onder een tegelwerk in beperkte mate toelaat.
Wij citeren onder hoofdstuk 7.3 ‘Oplevering – Holle klank’: “Naarmate de tegels groter zijn, verhoogt ook de kans op een plaatselijke holle klank bij contact van het tegeloppervlak met een hard voorwerp. Deze klank wordt doorgaans veroorzaakt door de aanwezigheid van luchtinsluitingen onder het tegeloppervlak die te wijten zijn aan vlakheidsgebreken in de dekvloer en/of tegel (geen 100 % contactoppervlak). Zo eist men voor mortellijmen voor binnentoepassingen bijvoorbeeld een contact of overdracht van minimum 70 %, terwijl men bij een traditionele uitvoering een contactoppervlak van minimaal 60 % eist. In beide gevallen moet het plaatsingsproduct zo homogeen mogelijk aangebracht worden. Een holle klank is bijgevolg geen afdoende reden om een betegeling af te keuren, tenzij er zich hierdoor ook andere problemen voordoen, zoals het loskomen van de tegels en/of een degradatie van voegen. Indien toch een volledig contactoppervlak gewenst is (bv. bij trapbekledingen of vloerbekledingen die blootgesteld worden aan vallende voorwerpen), dient men een dubbele verlijming voor te schrijven”.
Intussen is de trend van vooral keramische tegels in die mate geëvolueerd dat men niet alleen grote tot supergrote tegels op de markt heeft gebracht, maar vooral ook dunne exemplaren. Dat impliceert niet alleen extra aandacht bij transport en manipulatie, maar vooral ook bij de plaatsing ervan. Hoe dunner een tegel is, hoe voller hij geplaatst dient te worden. Dit was een van de standpunten van het EITA- XXL-team, waarbij men in het nieuwe ontwerp van de XXL-plaatsingsrichtlijnen aanbeveelt om te streven naar een 100% contactoppervlak tegel/ondergrond. Men gaat er sowieso vanuit dat de te betegelen ondergrond binnen de strengste toegelaten tolerantie vlak moet zijn en met een parallelle inbedding van de tegellijm bij een dubbele verlijmingstechniek ±90% in de praktijk perfect haalbaar is.
Degradatie van vloertegels
Een verzameling van anomalieën omtrent holklinkende tegels leidde tot het vaststellen van verschillende oorzaken.
Opvallend is dat een groot -zoniet het grootste- percentage soortgelijke schadegevallen zich voordoet bij grotere tegels op vloerverwarming. Vaak gaan tegels die hol klinken gepaard met plaatselijke tot volledige onthechting. Niet alleen bij traditioneel cementgebonden gestabiliseerde zandbedding maar vooral bij verwarmde vloeren moet men erop toe zien dat de dekvloer voldoende dik en gewapend is, zodat (thermische) krimp kan opgevangen worden.
Hier is het opdelen van grote vloervelden door middel van voldoende brede randstroken en uitzettingsvoegen van kapitaal belang. Een wapeningnet in de dekvloer zorgt er voor dat krimp- en trekspanningen gelijkmatig over de vloer verdeeld worden. Soms worden cementgebonden dekvloermortels versterkt met een aantal gram vezels met m³, maar die vervangen de eigenschappen van een netwapening niet. Men moet ook rekening houden met het feit dat elk ander materiaal een verschillende uitzettingscoëfficiënt heeft. Bij temperatuurverschillen zal de dekvloer anders gaan bewegen dan een daarop verlijmde natuursteentegel bijvoorbeeld.
Bij vloerverwarming zal de temperatuur in de dekvloersamenstelling ook nooit overal gelijk zijn. De vloeropbouw zal dan nooit gelijkmatig thermisch vervormen. Dit noemt men differentiële krimp van het vloercomplex. Het risico van degradatie van tegels zal zeker hoger zijn naarmate het formaat groter is. Spanningen in de vloeropbouw moeten dus in toom gehouden worden door vooral de vloer vrij te laten bewegen (de nodige uithardings- en/of droogtijd bij verlijmingtechnieken steeds te respecteren). Ook doorbuiging of onstabiliteit van de ondergrond kan nefast zijn voor de duurzaamheid van het aangebrachte tegelwerk.
Andere veel voorkomende fenomenen tot onthechting van tegels, zowel in keramisch materiaal als natuursteen, zijn onder meer:
1. Bij traditionele plaatsingen:
- Zwakke samenstelling van de plaatsingsmortel: ongeschikte zandkorrelgrootte, W/C-factor
- Onvoldoende overdracht tegel/gestabiliseerd zandbed: zwak contactoppervlak (cohesie)
- Te hard aankloppen van de tegel: uitgeperst aanmaakwater zorgt voor een verminderde hechtsterkte van de legmortel.
- Ongunstige weersomstandigheden: vooral bij terrasbouw dient men te letten op verstreken open tijden, enzovoort.
De uiteindelijke hechtsterkte van mortelsamenstellingen op basis van cement zal doorgaans 0,03N/mm² zijn (ref. WTCB), wat voor de plaatsing van extreem dicht geperste keramiektegels bijvoorbeeld in wezen veel te weinig is. Het gebeurt frequent dat de tegelzetter van dienst een willekeurige hoeveelheid hechtingverbeteraar toevoegt of zelfs lukraak tegellijm mengt met de mortelspecie. Het is dan ook zeer belangrijk en aanbevolen om de juiste informatie bij de fabrikant in kwestie in te winnen en zijn richtlijnen strikt te volgen. Het zomaar vermengen van eender welke soort versterkingsmiddel of tegellijm met een traditionele mortelsamenstelling is niet direct het beste idee. De tegelzetter speelt dan zelf voor fabrikant en indien het naderhand fout loopt, zal de verantwoordelijkheid ontegensprekelijk rechtstreeks bij deze inventieve vloerlegger gelegd worden.
Sommige natuurstenen moeten best eerst voorgestreken worden met een door de leverancier aanbevolen harsverrijkte aanbrandlaag om de zogenaamde “hechtbrug” te verzekeren.
2. Bij verlijmingstechnieken op verharde dekvloer:
- Te veel aanwezig restvocht in de dekvloermassa: mag maximum 2,5% zijn (2% in geval van vloerverwarming).
- Een foute keuze van de te gebruiken tegellijm: onvoldoende hechtsterkte, vlekvorming in natuursteen
- Het verkeerdelijk aanmaken van de lijmpoeder: niet gedoseerd aanmaakwater, mixsnelheid, rusttijd, omgevingstemperatuur, relatieve luchtvochtigheid…
- Het verzaken van de dubbele verlijming (buttering/floating): rechte lijmrillen zowel op de ondergrond als op de tegellegzijde zorgen voor een correcte verdeling van de kleefmortel
- Het gebruik van de verkeerde lijmkamgrootte: mede in functie van de vlakheidstoestand van het te betegelen oppervlak dient de juiste lijmkammaat gekozen te worden
- De verlijmingstechniek zelf: parallelle inschuifdruk zorgt voor het beste resultaat
- De werfomstandigheden: temperatuur, tocht, …
- Te bruuske opstart van de vloerverwarming, enzovoort
De effectieve hechttreksterkte van tegellijmen na uitharding zal doorgaans ten minste 1N/mm² zijn (C2). Het contactoppervlak dient steeds maximaal te zijn. Hiervoor moeten de dimensionale eigenschappen van tegel en vlakheid van de ondergrond optimaal zijn. Het te betegelen oppervlak dient evenzeer te voldoen aan de nodige vereisten om een perfecte verkleving van het geheel te garanderen. Denk maar aan gipsresten en ander vuil. Ingeval men een vloer moet plaatsen op een anhydrieten ondergrond, dient de aanwezige bindmiddelhuid (onder de tegelzetters soms ook de “sinterlaag” of “melklaag” genoemd) afgeschuurd, gestofzuigd en geprimerd te worden.
Definitieve beoordeling
Een expert, hetzij in minnelijke opdracht (minnelijke expertise), hetzij aangesteld door de Rechtbank (gerechtelijke expertise) kan op de werkvloer nooit een holklinkend tegelwerk beoordelen op zicht. Een betrouwbare indicatie dat de ernst van het probleem kan opgeven is barstvorming rond en in de voegen.
Tegelvoegen zijn doorgaans cementgebonden en we kunnen twee soorten scheurvorming onderscheiden:
- Krimpscheuren: deze worden meestal veroorzaakt door uitdrogingskrimp en kunnen verschillende dwarsliggende barstjes vertonen.
- Spanningsscheurtjes: dit zijn typische scheuren langsheen de tegelranden die op lange termijn al dan niet in diverse stukken volledig kunnen degraderen.
Om het zekere voor het onzekere te nemen dient de deskundige enkele tegels te (laten) verwijderen om definitief uitsluitsel omtrent de grondigheid van de klacht te kunnen geven.
Verschillende zaken kunnen dan onderzocht worden zoals onder meer (de 5 belangrijkste opmerkingen):
- De kleur van het gebruikte hechtmiddel. Dit kan belangrijk zijn bij plaatsingen van vlekgevoelige natuurtsteentegels.
- De overdracht of het contactoppervlak van de uitgeharde tegellijm. Het vereiste percentage contact van de tegellijm met de ondergrond en tegellegzijde dient steeds te worden gehaald tijdens en na de uitvoering (na volledige uitharding!).
- De lijmrilrichting. Op die manier kan nagegaan worden of de plaatsingsmethode correct werd toegepast (detectie druk- en schuifbeweging).
- De grootte van mogelijke overgebleven lijmslakken. Het gebruik van de juiste lijmkam is steeds van zeer groot belang in functie van het tegelformaat en de toestand van de ondergrond.
- De vochtigheidstoestand van de onderliggende lagen. Het gebeurt vaak dat bij aanvang van de plaatsingsactiviteiten de dekvloer onvoldoende droog was en dit een negatieve invloed met zich meebrengt tijdens het verloop van het bindingsproces van de aangewende tegellijm.
Een destructief onderzoek is dus steeds het noodzakelijke kwaad om de werkelijke oorzaak van anomalieën in een tegelwerk te kennen. Partijen kunnen dan meteen overleggen wat de eventuele herstelmogelijkheden zijn en in voorkomend geval vooral in de toekomst holle klanken in hun tegelwerk vermijden.
Snel dit artikel gratis lezen?
Maak eenvoudig en gratis een account aan.
-
Lees elke maand een aantal plus-artikels gratis
-
Kies zelf welke artikels je wil lezen
-
Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief
-
Het zal je als beginnende winkelier maar overkomen. Een voorziene totaalrenovatie van de winkelruimte, waar ook de vloer diende vervangen…
-
EUF TC: haantje-de-voorste in het hart van de Italiaanse keramiek
Een uitgebreid programma, samengesteld door Assoposa Italia, in combinatie met boeiende rondleidingen door fabrieken en afgerond met een… -
Vervelend vochtprobleem leidt tot discussie
Water zoekt altijd zijn weg, gaat de boutade. Maar niets is minder waar. Zo bleek ook in een expertisegeval waar vocht ter hoogte van de… -
Bijsturen plaatsingstoleranties, prioriteit voor de tegelzetter?
Klanten worden steeds kritischer en zouden bijna letterlijk met hun neus op de tegel een plaatsingswerk goed- of afkeuren. Vraag is echter,…
Met de delight tegellijmen heeft Weber een écht revolutionair product in huis
‘Slimmer. Sneller. Beter. En evenveel vierkante meter!’ Wie een nieuw product introduceert met die beloftes, moet sterk in zijn schoenen…De trends en toekomst van waterjet technologie
Het toepassen van de ‘waterstraalsnijtechnologie’ met behulp van waterjets is vandaag het middel bij uitstek om plaatmateriaal nauwkeurig…De mogelijkheden en toepassingen van waterjets: ingewikkelde vormen en fijne contouren
Waterstraalsnijden van steen is een fascinerende technologie waarmee zelfs de hardste steensoorten nauwkeurig en verfijnd kunnen worden…Waterjets combineren veelzijdigheid met de hoogste nauwkeurigheid
Inzicht in de technologie van een waterjet-machine is cruciaal voor bedrijven die de nauwkeurigheid en productiviteit van hun…